zondag 16 november 2008

Lottumse woorden: 241 - 250

Afrikaanse Afrikaantjes in onze tuin

241 Stinkers Afrikaantjes
242 Stoebe paardebloemen
243 Stoek, stoekdroad schok, schrikdraad
244 Striekers lucifers
245 Strontse opscheppen
246 Stuute prijzen
247 Stuutje broodje
248 Stuutjes grie~pe oude Lottumse folklore bij bruiloften
249 Tár teer, bitumen
250 Tas kop

Stinkers: dat is wel tamelijk racistisch om Afrikaantjes stinkers te noemen. Maar ze ruiken inderdaad niet lekker; de bloemen bedoel ik.
Onze tuin in Oeganda staat er vol mee, zie foto. Voor het mooi, niet om onder te ploegen zoals in Lottum. Ze zijn veel groter hier in Afrika; maar ja, eigenlijk is alles hier groter dan in Holland. De katten bijvoorbeeld: zo'n leeuw heeft toch heel wat meer bij te zetten dan minetje de poes. En kijk eens naar de olifanten!

Stoebe: paardebloemen. Waarom eigenlijk? Ik heb nog nooit een paard stoebe zien eten. Konijnebloemen zou een betere naam zijn want die zijn er gek op.

Stoek: elektrische schok. Stoekdroad: schrikdraad.

Strontse: opscheppen. Dat zeggen ze in Venlo; ik weet eigenlijk niet zeker of dat ook een Lottums woord is.

Stuute: "Woej get ‘t d’r mey Stien?" "Och, ik kán neet stuute." Niet goed dus.

Stuutjes en stuutjes grie~pe daar hebben we het al over gehad.

Tár: het NL woord “teer”. Ik heb het erbij gezet vanwege Tárrejantje. Die was heel populair bij ons, kinderen, toen rond 1960 in Lottum riolering werd aangelegd. Jantje moest altijd de betonnen buizen teren en hij was altijd zwart van zijn kop tot zijn tenen.

Tas: zal ik ów nog ’n tas koffie ì schudde? Duits: Tasse.
De "n" valt in het Lottums soms weg, b.v. "in" wordt "ì". Maar "zin" blijft "zin". Een Maasbrese dienstkameraad van Pierre Custers had eens ergens geen zin en probeerde dat in het Lottums te zeggen: ik heb d'r gèn zì ì.

Geen opmerkingen: