vrijdag 26 februari 2010

Foeës gekrebbel

Nog maar eens een paar Lottumse woorden die me pas ingevallen zijn of ingefluisterd: flatse, krebbele en foeës.

Eerst maar eens flatse: zakken voor een examen

“Hè~t Mientje nou 't reejbewie~s al?”

“Nè~è, ze is alwir geflatst. Vur d'n twelfde kier al. Rè~ch door reeje, dát göt waal, ma dreije dát kán ze nog nì zò good.”

“Hey van Gool, waarom moet dat nou weer Mientje zijn die flatst? Waarom niet Wiel of Jeu? Flauw, altijd maar weer vrouwen voor de gek houden. Vrouwen kunnen veel beter rijden dan mannen. En wat zou er van de mannen terecht komen als er geen vrouwen waren? En hoe vaak ben je zelf wel niet geflatst?”

“Eh, daar heb ik het eigenlijk liever niet over, maar als ik eerlijk ben: vier keer. Twee keer voor het auto-rijbewijs en twee keer met de motor.”

Tsja, het rijexamen was kort na de oorlog ook veel gemakkelijker. Mijn oom Hay Jonkers deed zijn examen aan de Markt bij Broekmans Toeën voor de deur. "Reej 's 'n stukske nao veure" zei de examinator en Hay schakelde in de eerste versnelling en reed een meter of 30 vooruit. "Kunde ok drei~e?" vroeg hij. "Ja schon" zei Hay en daarmee was de examinator overtuigd van Hay zijn rij-capaciteiten en was hij geslaagd.

Volgende woord: krebbele: met een pen of potlood zo maar wat krassen op papier.
Dat deed ik op de bewaarschool als ik van juffrouw Mien wat moest tekenen maar geen artistieke inspiratie had en helemaal niets kon verzinnen. Dan begon ik maar wat te krassen.

En Debbie van Deelen stuurde me het woord foeës. Ze wist niet precies wat het betekent. Een kruising tussen loom en lamlendig dacht ze. Het is in elk geval een mooi oud Lottums woord, hoewel ik vermoed dat het van het NL woord "voos" komt. Maar helemaal hetzelfde is het zeker niet want ik weet wel wat vozen is, maar van foeëze heb ik nog nooit gehoord.

Ik denk dat Debbie gelijk heeft en dat het iets betekent in de richting van: moe, lui, loom, lamlendig, vadsig.

“Stien, lopte mei noa de Maas?”

“Nè~è, ik blie~f lever thoe~s. Ik veul meej zò foeës as unnen alde petat.”

“Môtte 's kieke wát ôs Truus doa foeës op d'n divan lee~t.”

Is het zoiets? Wie weet het?

En wie weet er trouwens nog wat een divan is? Wij hadden er een in de huiskamer staan, ’n soort bank met een hoofdeinde en een lage leuning aan de achterkant. Meer een bed eigenlijk. En meer om op te liggen dan op te zitten. Onze divan is bij de verhuizing in 1962 in Lottum gebeven. Geen idee wie hem geërfd heeft. Is hij naar de Melderse verhuisd? Of in de Bergsche koel beland?

1 opmerking:

Mariette Kellenaers zei

Hier nog wat Lottumse woorden die er nog niet tussenstaan.

Akleren = oculeren (vorige zomer was er een vrouw bij ons in de zaak die zei : "ôs jonges zien roëze aklere")
Finte = Iemand die niet graag iets doet, werken bijv. dan werd er vroeger gezegd : "Dé head finte"
Fintwater of Vintwater = wijwater. werd vroeger in de kerk gehaald met flessen.
Palmstuukske = buxus. Vroeger noemde men het palmstruukske, iedereen had het in de tuin. Met palmpasen werden er takjes afgeknipt en mee naar de kerk genomen en thuis achter het kruisbeeld gestoken.

M.vr.gr.
Mariette