Ik heb een beschermde, rustige, gezapige jeugd gehad in Lottum, mag ik wel zeggen, veel opwindends gebeurde er niet. Je zou het ook een saaie jeugd kunnen noemen, maar ik heb het toch nooit als een gemis gevoeld dat we geen aardbevingen, overstromingen, wervelstormen of oorlogen hebben meegemaakt. Mijn generatie heeft geluk gehad en is opgegroeid in de tijd van het Wirtschaftswunder, zoals onze buren het noemden, en we hebben nooit onvrijheid, honger, armoe gekend. Zo ongeveer het ergste wat ons kon gebeuren was als "de örs" van RKLVV 's zondags weer eens verloor.
Maar er waren ook echte drama's. De grootste ramp in mijn leven was toen mijn ome Sraar in 1963 verongelukte, maar ook de dood van andere dorpsgenoten maakte diepe indruk.
De vroegste die ik me kan herinneren was overbuurman Dik, de vader van Gerard, Chris, Annelie en Marel. Een jaar of 5 was ik, ik begreep niet wat "dood" was, maar Annelie legde me uit dat haar vader nu in de hemel was en daar kersenpudding zat te eten. Kersenpudding eten, de opperste vorm van genot in de ogen van een 4-jarig kind.
Andere doden die indruk op me maakten: Mulder Sjeng, buurman Gerrit Pelzer en pastoor Kerbosch. Mulder Sjeng verongelukte met zijn Solex. Ik weet niet meer wanneer dat was, maar Gerrit en de pastoor overleden allebei in 1960.
Sjeng en Gerrit waren begin 40 denk ik, maar in mijn kinderogen waren dat oude mensen die al een heel leven achter de rug hadden. Ik raakte pas echt onder de indruk als er een kind doodging. Een kind stond nog aan het begin, zijn leven was pas net begonnen. Hoe kon god dat laten gebeuren? Daar kon ik geen vrede mee hebben en ik denk dat mijn twijfel of er wel echt een god bestond die het goed met ons meende en op een rechtvaardige manier met onze levens omging, daarmee begonnen is.
Mijn eerste kinderdrama was toen Ger Clevers verdronk in de Maas. Ik weet niet meer hoe het gebeurd is; hij zal wel teveel risico hebben genomen want Ger was een waaghals. Ik zie hem nog hoog in de nok van de schuur van Nijssen over een houten balk lopen terwijl wij beneden doodsangsten uitstonden. "Ger, kiek oe~t, kom nao oonder", riep ome Sraar angstig, maar Ger lachte hem uit en liep door. Toen liep het nog goed af. Kort daarna niet.
De tweede shock kwam toen Ceciel van Dijk plotseling overleed. Hersenvliesontsteking meen ik; ze werd ziek en een paar dagen later was ze dood. Onbegrijpelijk voor mijn kinderhersens.
Een vreselijk ongeluk, waarvan we de gevolgen jarenlang dagelijks konden zien, overkwam John Taks. Hij was in een auto op weg naar de rozenplak, meen ik, toen de motor oververhit raakte. John stapte uit, maakte de motorkap open en de vlammen sloegen hem in het gezicht. Zijn leven in één seconde verwoest.
Maar het drama dat de grootste indruk op me heeft gemaakt, iets waar ik nu, 50 jaar later, nog regelmatig aan denk, is het ongeluk van Truus Keltjens, Truus vaan de po~s. Mijn zus Mieke heeft zien gebeuren hoe haar paard op hol sloeg, hoe ze de controle verloor, in paniek raakte, gehoord hoe ze gilde, de angst in haar ogen gezien en haar zien vallen met haar hoofd op de stoeprand: nek gebroken. Dood.
Het gebeurde in de bocht van de Broekhuizerweg, tegenover Hay Muijsers. Ik stond zelf op de Markt op dat moment, ben er naar toe gelopen en heb er een groep mensen omheen zien staan.
Mijn geheugen heeft me in dit geval echter altijd bedrogen. Ik zou gezworen hebben, ik zou voor een miljoen gewed hebben, dat die mensen in de bocht van D'n Hook stonden, naast het huis op de Markt, waar de familie Keltjens toen woonde.
Pas vorig jaar heb ik van mijn zus gehoord, bevestigd door Paul Keltjens, waar het echt gebeurd is.
Mijn dochter van 12 viel deze week van een paard. Niets gebeurd, maar ik dacht onmiddellijk weer aan Truus.
Geen vrolijk bericht dit keer, hier kan ik natuurlijk mijn blog niet mee eindigen, dus: wordt vervolgd.
2 opmerkingen:
Hallo Paul
Van Tante Mia een zus van Mam, die wat aan het googlen was (op haar oude dag) hoorde ik dat mijn naam voorkwam in jou blog. Pap was ook nog de vader van mijn jongste zusje Thea die toen net vijf maanden was. Ik weet echt niet meer (ja, pas vijf) dat ik het kersenpuddingverhaal aan jou verteld heb. Wel mooi.
Succes en groet van Annelie Dik
Hey Annelie!!
Klopt, een Thea hadden jullie ook nog. En een inwonende tante Mia. Die twee was ik vergeten, maar het is ook zeker een halve eeuw geleden dat we buren waren.
Je moeder heeft ons bij het overlijden van mijn pa, in 2001, een brief gestuurd. Ik heb toen teruggeschreven en gevraagd hoe het met jullie allemaal ging, maar geen antwoord gekregen. Dus ik vraag het jou nog eens: hoe is het met iedereen?
Geef je e-mail adres eens door, dat communiceert gemakkelijker.
PS1: en die kersenpudding klopt. Ik kan me dat nog goed herinneren. Het was in jullie huiskamer.
PS2: twee afleveringen eerder kom je ook een keer voor, bij de uitleg van het woord "spegelen".
Een reactie posten