zaterdag 28 maart 2009

Boerendorp

“Lottum is een boerendorp; mijn vader trouwens ook”, schreef een van mijn pa’s leerlingen in een opstel. En afgezien van de taalfout klopte dat precies. Tot en met de 60-er jaren tenminste, toen er nog boerderijen stonden midden in het dorp, met koeien en varkens en kippen en al. De boerderijen van Breukers René en Broekmans Toeën, bv aan de Markt. En tegenover de kerk, waar De Smetenhof gebouwd is, stond de boerderij van Bartels Kuëp met Bartels’ koel, waar we ’s winters op schaatsten. Achter de kerk was de boerderij van Coenders (Clever Jan). Wat verder weg van de Markt, achter het Spuitenhuuske op de Broekhuizerweg had je Vergeldt (Stökers), vooraan op de Horsterdijk Vosbeek en Thielen en in de Hoofdstraat, tegenover het klooster stond de boerderij van Van de Pasch (Lemmens). Schuin daar tegenover, naast het klooster was de boerderij van fruitboer Obers.
En ook kwekers: Keltjens Vic, Cremers en Koopmans Sjang aan de Markt en Muijsers en Zegers aan de Broekhuizerweg. Van Soest (Stoeëpen) had je ook nog aan de Hoofdstraat, naast de plek waar nu de Rabobank staat, tegenover Thilot, maar ik weet niet meer wat die precies deed.

Die boeren en kwekers zijn allemaal weg uit het centrum. Jammer. Ik ben benieuwd naar het “Fotoboek Lottum” dat Frans Gommans in mei gaat uitgeven en ik hoop dat er veel foto’s in staan van het Lottum uit mijn jeugd: de gebouwen en de mensen die er in woonden.

Ik weet het niet, zijn er nog echte boeren in Lottum? Met koeien in de stal en rogge, bieten en mais op het land? Een paar varkensfabrieken moeten er nog wel zijn want die ruik je als je door het dorp fietst, maar de meeste boerenzonen zijn geen boer meer denk ik. Het zijn kwekers geworden, maar ondanks dat ze geen boer meer zijn, boeren ze nog steeds goed want ik zie overal grote huizen staan met dikke auto’s voor de deur.

Van mijn lagere schoolklas mochten drie jongens naar de middelbare school, vond de meester van de zesde klas (mijn pa): Harry van de Pasch, René Breukers en ik. René ging naar de HBS in Venray en Harry en ik naar het Thomascollege in Venlo. Niet dat ik spijt heb van die keuze, maar als het om geld verdienen gaat dan had hij me beter naar de land- en tuinbouwschool in Horst kunnen sturen denk ik. Dan had ik nou misschien ook in een groot huis in Lottum gewoond met een park van een tuin er omheen en drie grote auto’s voor de deur. Met een baantje als leraar of gemeenteambtenaar of ingenieur bij de heidemij (waar ik later terecht kwam) woon je in een rijtjeshuis met een klein tuintje voor en achter en een tweedehands Opel Astra voor de deur.

Ik heb het gymnasium niet afgemaakt, gedeeltelijk als gevolg van onze verhuizing uit Lottum in 1962, gedeeltelijk doordat de nieuwe school in Oosterhout me niet beviel, maar ik zal maar niet teveel smoesjes vertellen: hoofdzakelijk door mijn eigen luiheid. Van 1963 – 67 heb ik de middelbare tuinbouwschool in Boskoop gedaan, moest toen in dienst, heb 2 jaar bij de heidemij gewerkt, daarna de HTS W&W in Tilburg gedaan, vervolgens bij diverse ingenieursbureau’s en aannemers gewerkt en sinds een dikke 3 jaar ben ik ambtenaar bij de Europese Commissie.

René heb ik op het afgelopen rozenfeest gesproken. Hij is na de HBS niet verder gaan studeren en hij vertelde me dat hij maar één baan heeft gehad: administrateur op de HTS in Venlo. Hoe Harry van de Pasch het gedaan heeft en wat er van hem geworden is, weet ik niet.

Ik heb nog één of twee of misschien drie berichten over Lottum in mijn hoofd zitten. In de paasvakantie ga ik een week lui aan het strand liggen in Zanzibar en dan zal ik eens nadenken over mijn volgende blog.

Van Broekmans Toeën zijn we intussen in Zanzibar aangekomen. Ver genoeg voor vandaag. Morgen verder.

Geen opmerkingen: